Deze week een lijstje met
‘recent’materiaal. Dat wil zeggen van platen uit 2015 of 2014. Ik ben niet zo
actueel. Het zijn nummers van platen die ik in mijn lijstje favorieten vond. Een
deel van wat er in mijn favorieten staat haalt een keer het officiële lijstje.
Maar er blijft ook altijd mooi materiaal liggen. Vooral omdat na verloop van
tijd een nummer wegzakt op de lijst favorieten. Van de periode 2014- 2015 had
ik nog een stuk of 50 nummers bij de favorieten staan. Met vooral veel singer
songwriter materiaal. Waarbij vrouwen duidelijk oververtegenwoordigd zijn. Na
een paar keer luisteren van de lijst hield ik 25 nummers over. Met vooral namen
van mensen waar ik voor die tijd nog nooit van gehoord had. Wat overigens niet
wil zeggen dat het allemaal jonkies zijn. Ik heb even wat namen opgezocht. Pieta Brown (42)
John Grant (47) Sophie Hunger (33), Lianne La Havas (26), Damien Rice (41),
Bryan Ferry (70), Beck (45), Holly Golightly (49) Jacco Gardner (27), Lana Del
Rey (30). Met als afsluiter een nummer
van de laatste cd van de vorig jaar overleden Jack Bruce.
Het werk van Nina Simone
waaiert alle kanten op. Vaak op 1 lp. Het gaat van gospels en blues naar georchestreerde
ballads en Franse Chansons. Die enorme diversiteit maakt echter ook dat ik lang
niet alles leuk vind. Het zijn altijd afzonderlijke liedjes tussen de vele
stijlen die ik leuk vind. Enige tijd terug heb ik er een groot aantal bij
elkaar gezet. In dit lijstje daarom veel Nina Simone. Ik vond het wat saai om
alleen maar Nina Simone te doen.
Dus ik heb er wat nummers uit andere potentiële
lijstjes aan toegevoegd. Ik heb namelijk heel veel opzetjes van lijstjes
liggen. Die komen eigenlijk nooit zo als ze gemaakt worden op de publieke
lijst. Dus zo ben ik begonnen om te bekijken wat ik rond Nina Simone wilde
laten horen. Zo luisterde ik nog weer eens naar Astral Weeks van Van Morrison.
En mijn mening over die plaat is in de loop van 30 jaar niet veranderd. Niet
echt goed. Toen ik lp net op een bandje had staan heb ik hem vrij vaak
beluisterd. Het was immers het meesterwerk van Van The Man. Maar net als
destijds vind ik het geen goede plaat.
De lijst begint met Eddie
Harris. Een pioneer in de bop. Hij speelde ook samen met mensen als Charlie
Parker en Lester Young. Zijn sax klinkt nooit zo krachtig of dominant als die
van mannen als John Coltrane. Zijn kracht zit in het subtiele. Dan een bossa
novaatje. Deze zomer heb ik veel bossa nova geluisterd. Dit is nog een staartje
daarvan. Ital Corner van Prince Jazzbo staat in een andere versie op Superape
van Lee Perry. Deze versie kende ik helemaal niet. De lp Ital Corner was een
pijnlijk door mij over het hoofd gezien meesterwerk uit Perry’s Black Ark. Nina
Simone speelde ook veel gospels. Dat bracht me naar mijn favoriete gospel
groep: The Staple Singers. Dit is daarbinnen weer een favoriet. Kelly Joe
Phelps stond ergens verstopt in één van die vele proeflijstjes. Ik heb al eens
op het punt gestaan zijn nummers helemaal te deleten. Maar voordat het zo ver
kwam, hoorde ik het nog eens voorbij komen in de trein tussen Utrecht en
Amsterdam. Ik moest even kijken door wie ik zo aangenaam verrast werd. Door
Kelly Joe Phelps dus. John Martyn verrast me nooit echt meer. Maar hij ontroerd
met wel heel vaak. Deze versie van Bless the weather vind ik erg mooi. Alleen
al de introductie. Daarin klinkt hij plotseling veel jonger en onzekerder dan
in de manier waarop hij zingt.
En dan eindelijk Nina
Simone. Eerst een gospel. En daarna my man is gone now dat ik kende van The Gun
Club. Jeffey Lee Pierce had ook een zeer eclectische smaak. Het verschil is wel
dat hij alles transformeerde naar zijn eigen muzikale idioom.
Zo af en toe luister ik naar
Bob Dylan. Ook voor mij is hij een van de allergrootsten in de popmuziek. Ik
kan er alleen niet al te veel van achter elkaar horen. Zes cd’s Basement Tapes
kan ik niet achter elkaar horen. Nina Simone is ook een goede Dylan vertolker. Luister
bijvoorbeeld ook naar haar versie van The Ballad of Hollis Brown. When I Paint
My Masterpiece kende ik uiteraard van The Band. Maar ik vind deze versie beter.
De versie van The Band behoorde nooit tot mijn favoriete Band nummers.
Dan nog twee gospels. The
Holmes brothers en Aretha franklin. Sam Cooke’s A Change is Gonna Come is geen echte
gospel. Het is een wereldse boodschap
verpakt in het gevoel voor hoop en verlossing van een gospel. En hoewel de
versie van Sam Cooke wat mij betreft de beste popsong ever is, is de versie van
Aretha Frankin meer dan alleen maar een goede cover. Het is een versie waarin
juist het gospel aspect beter tot zijn recht komt. En dan nog maar weer eens
Nina Simone. Dit keer met de blues. Jazzy blues, net als Nostalgia 77, een
Engelse band. Met zangers Julie Driscoll (tegenwoordig heet ze Tippett). Wie
Les McCan is weet ik niet. Wel dat er op een paar Atlantic R&B
verzamelingen nummers van hem staan. Dit hoort tot de soort jazz waar ik graag
naar luister. Het lijkt een beetje op The In Crowd van Ramsey Lewis. Maar daar
mag je zelf naar luisteren.
Love me or leave me is al
heel lang een favoriet Nina Simone nummer. De pianosolo is ook erg mooi. In de
stijl van Bach begrijp van de wikipedia. Daarna nog een mooi pianonummer van de
nederladse pianist Egbert Derix en de Engelse zanger Iain Matthews (ooit
oprichter van Fairport Convention). Dit nummer heb ik wel vaker in lijstjes
gezet. Het blijft een van de mooiste nummers die ik via spotify heb ontdekt. En
daarna nog weer eens Nina S. Tja, wat zeg je over zo’n prachtig gedragen en emotioneel
nummer? Niets dus. En dan komt nu Van Morrison om de hoek kijken Dit is het
enige nummer van Astral Weeks dat ik echt goed vind. Dit is hoe een pastoraal
nummer hoort te klinken. Als afsluiting een painoversie van When the Ship Comes
In van Bob Dylan. De officiële versie staat op de lp The Times They Are A-Changin'. Dat is een gitaarversie. In deze versie speelt hij (of
iemand anders) nogal rudimentair piano. Maar dat maakt het nummer nou juist
weer zo leuk.
En als extraatje nog een prachtig optreden van The Staple Singers
Bestaat er dan nog
rechtvaardigheid? Op spotify staan in ieder geval nog twee nummers van de geweldige
Evan Johns And The H- Bombs. Twee nummers van de prachtige lp Rollin' Through
The Night. Typisch Texaanse rock. In de jaren 80 werd heel veel van dit soort
muziek gemaakt: Jason & The Scorchers, Lyres, Leroi Brothers, Fuzztones,
Fleshtones. De muzikanten kwamen niet altijd uit Texas, maar de invloeden
duidelijk wel. De meeste van deze bands kenden ook een wat rustigere kant. Heel
wat van deze (pseudo) Texanen hebben prachtige ballads gemaakt. Maar in mijn
lijstjes staan normaal al genoeg ballads. Daarom alleen het ruigere werk.
Hoewel ik het stempel ruig nog redelijk extreem is voor deze lijst. Het is wel
wild en opwindend. Want dat was het in de jaren 80. Dit keer een historisch
zuivere lijst met alleen nummers uit die jaren 80. Let vooral op het nummer van
The legendary Stardust Cowboy. Verreweg het slechtste nummer van de lijst. Maar
juist die valse zang, de trompet die op geen enkele manier iets te maken heeft
met de rest, de drummer die af en toe helemaal de draad kwijt is en de atonale
gitaarsolo geven het nummer juist haar kwaliteit. Gebrek aan kwaliteit is
ook een kwaliteit. Deze bak schreeuwerige herrie heeft ook nog eens een
prachtige titel: Relaxation.
Op de website Austin
Chronicle staat een mooi artikel
over Evan Johns uit 2012. Over de jaren 80 met Evan Johns zegt Joe Doerr van The
Leroi Brothers “We were a little shocked by his drinking. One day the band went
to get Johns at his hotel room and found a three-foot pile of beer cans”. Zijn drankgebruik is aan hem af te zien. Mooi, maar ook
triest citaat van Evan Johns zelf: "I need to have both hips replaced, but
the doctors said I wouldn't live through the surgery, I'm too weak." Inmiddels is het 2015 en het goede nieuws is dat hij
nog steeds leeft. Hoe weet ik niet.
Evan Johns
And The H- Bombs – You’re A Cutie
Evan Johns
And The H- Bombs – Madhouse
Husker Du – Don’t
Want To Know If You Are Lonely
Fuzztones –
She’s Wicked
Nomads – I’m 5
Years Ahead Of My Time
Thin White
Rope – Lithium
Firehose – Chemical
Wire
Half Japanese
– Bright Lights, Big City- Charmed Life
Hoera!!! Eindelijk!!, Adrian Sherwood heeft de
catalogus van On U Sound op Spotify gezet. Of in ieder geval heel veel. Ik mis
nog all time favorite London Underground. Dat staat wel op YouTube .
Waar ik vooral heel erg blij mee ben is dat de meeste lp’s van de Pay It All
Back serie er op staat. Daar staan pareltjes op die nergens anders te vinden
zijn. Ik sprak in 2003 op een concert van Adrian Sherwood iemand die alles
tot midden jaren 90 van Adrian Sherwood had. Hij was opgehouden met verzamelen
omdat de output van hem toen toch echt wel minder begon te worden. Maar in de 20
jaar daarvoor was er erg veel moois. Ik hou vooral van de platen die hij met zijn
“eigen” muzikanten heeft gemaakt. Vanaf midden jaren 80 begon hij ook platen
van anderen te produceren, zoals Cabaret Voltaire en vooral Nine Inch Nails,
die het in de VS goed deden. Met een vaste groep mensen heeft hij, in
verschillende samenstelling, heel veel platen gemaakt. Bijvoorbeeld met drummer
Keith LeBlanc, bassist Doug Wimbish en gitarist Skip McDonald onder de namen
Tackhead, Strange Parcels en Little Axe. Dough Winbish stond ook hoog op de
lijst om Bill Wyman op te volgen bij de Stones. Uiteindelijk is alleen Tackhead
zanger Bernard Fowler naar de Stones gegaan. Tot de dag van vandaag (23 augustus
2015 iIs hij achtergrondzanger van The Stones. Bands die alleen met Adrian
Sherwoon werken (of werkten) zijn o.a. Dub Syndicate, Singers & Players,
African Head Charge, Creation Rebel. En niet te vergeten Mark Stewart & The
Mafia. Dat was het eerste wat ik ooit van Sherwood hoorde. Volgens mij op een
zondagmiddag bij mijn ouders thuis bij de VPRO. Ik had nog nooit zoiets
gehoord. Het was reggae, maar op een manier die totaal anders was. Radicaler.
Veel reggae werd vooral verwaterd tot tandeloze deuntjes, zoals 10CC of Doe
Maar. Dit
was serious stuff. En toch reggae.
In dit lijstje staan enkele
favorieten. Het begin van dit lijstje heb ik al meer dan 2 jaar geleden gemaakt
(12 april 2013) om precies te zijn. Van alle bands min of meer een nummer.
Behalve van The Singers & Players. Dat is een gelegenheidsband die in
verschillende samenstellingen lp’s opnam. Op de drie nummers hier hoor je 3 geweldige
zangers. Bim Sherman, Prince far I en Congo Ashanti Roy. Congo Ashanti Roy was tevens lid van the Congos, de
band die de beste reggae lp aller tijden hebben gemaakt. Of zeg maar gewoon een
van de beste pop lp’s aller tijden. Want deze lp staat op het niveau van
Electric Ladyland en What’s Going On.
Het laatste nummer is van de
laatste lp van The Dub Syndicate. Er zullen ook nooit meer lp’s van hen
verschijnen. De spil van The Dub Syndicate was drummer Style Scott. Die ook in
de jaren 80 met zijn andere band The Roots Radics enkele tientallen lp’s (!)
maakte als begeleidingsband voor producer Henry ‘Junjo’ Laws. Maar daarover een
andere keer. Style Scott werd in oktober 2014 bij zijn huis doodgeschoten. Om
te weten hoe goed The Roots Radics destijds waren, bekijk dan deze live-opnames
met Bunny Wailer uit 1986
Tja, en zo zit je in de
trein met The man who shot liberty Valance van Gene (self)Pitney in je hoofd.
Niet echt een zomerhit. Maar de grootste kitscherige arrangementen maken het
toch ook in deze tijd van het jaar verteerbaar. Ik vond het wel weer tijd
worden voor een lijstje. Met nummers die niet echt geheel zomers zijn, maar in
deze tijd van het jaar goed te verteren zijn. Ik heb weer wat andere reserve
lijstjes geplunderd en dat aangevuld. Allereerst met een nummer van de nieuwe
lp (tegenwoordig mag je weer lp schrijven, hoewel ik zelf geen werkende
platenspeler meer heb) van The Pop Group.
Ik kwam het bij toeval tegen. Ik ben
vooral fan van hun later werk, van na The pop Group. Uiteraard van het Mark
Stewart, maar nog meer van het werk van Gareth Sager: het genie achter The Pop
Group, maar ook achter Rip, Rig & Panic en de totaal over de kop rockband
Head! In een kort filmpje over de nieuwe lp van The Pop Group geeft mark Stewart
ook aan dat alle nummers beginnen met een idee van Gareth Sager. Ik heb ook het
optreden van hen op Glastonbury bijgevoegd. Daar hoor je vooral ook hoe goed
drummer Bruce Smith is.
De nieuwe combi Franz
Ferdinand en Sparks (FFS) vind ik verrassend goed passen bij The pop Group. Als
extraatje heb ik ook een nummer van een solo lp van Sager toegevoegd. Je moet
er wel van houden, van deze vreemde mix van surf en free jazz.
Ook bleek ik niet al het
werk van favoriet Joan Osbourne te kennen. Ik hoorde bij toeval weer een nummer
van een lp van haar. Het is een cover van een erg mooi, maar relatief onbekend
nummer van John Mayall (Broken Wings) maar dat past minder bij de tijd van het
jaar. Daarom een ander nummer van deze fantastische plaat met covers. Als
voorafje vind je een aantal New orleans funk nummers. Met o.a. het nummer waar
Beck’s Loser opgebaseerd is.
Om in de sfeer van de vorige
lijst te blijven twee nummers uit de categorie power pop met zangeressen (Dum
Dum Girls en Joanna Gruesome).
Ik wilde nog meer nummers op
de lijst plaatsen. Maar spotify weigert er meer nummers zij te plaatsen. Het
zal wel een boodschap van de goden zijn dat het lijstje af is. Als afsluiter
een nummer van Mark Springer. Die is ook vooral “bekend” als de begenadigde en
geschoolde pianist van Rip, Rig & Panic.
tot slot nog een link naar een concertrecensie van The Pop Group. Ze waren trouwens ook op Best Kept Secret. Helaas gemist. Lees hier een interview met hen.
Gene Pitney -
The Man Who Shot Liberty Valance
Dr. John - Those Lonely Lonely Nights
Johnny
Jenkins - Walk On Guilded Splinters
Joan Osbourne– Plaything
Dum Dum Girls – Rimbaud Eyes
Joanna Gruesome- Madison
Gareth Sager –
Hanging Lo With The Hi Waisters
The Pop Group
– Mad Truth
FSS – Police Encounters
Roisin Murphy
– Evil Eyes
Mark Springer
(Rip, Rig & Panic) – She Gets Hungry At Night etc
Twee jaar later ben ik nog steeds onder de indruk van hun liedjes.
Het is powerpop met een duidelijk jaren 80 inslag. Power pop is niet mijn favoriete
genre. Maar de liedjes van The Primitives zijn erg mooie en puntige pop
nummers. Primitief zijn de nummers niet echt. Maar wel basaal. Een gitaarrif, wat
galmende orgel,een drumpatroon op ongeveer het niveau van Mo Tucker (VU), en
een wat galmende en lichtelijk onschuldige zang, De nummers lijken misschien iets
op elkaar. Maar nooit te veel. En vooral: de meeste liedjes zijn gewoon goed.
Alleen liedjes van The
Primitives is wat saai. Er is ook een goede best of. Dus heb ik het aangevuld
met invloeden vooral Velvet Underground en Ramones vallen op. En Blondie, maar
daar hou ik niet zo van. Ook hoor ik invloeden van Yardbirds en Jefferson
Airplane. En daarnaast enkele tijdgenoten: Jam, Swell Maps, Triffdis en The
Jesus and Mary Chain. Waar ik de volgende uitspraak op de Allmusic Guide over
vond:
Arguably Psychocandy is an album with one trick and one trick alone --
Beach Boys melodies meet Velvet Underground feedback and beats, all cranked up
to ten and beyond, along with plenty of echo. However, what a trick it is.
En als uitsmijter een nummer
van Franz Ferdinand. Bij het beluisteren van dit nummer kreeg ik de melodie van
Pretty Belinda in mijn hoofd. Misschien ben ik de enige die de overeenkomst
hoor.. Zo niet, laat het me weten. 28 nummers in1 uur en 20 minuten. Zo hoort het.
The
Primitives – Spin-O Rama
The
Primitives - Way Behind Me
Triffdis –
Plaything
The
Primitives - Crash
The
Primitives - Shadow
Jefferson
Airplane – The Ballad Of You And Me & Pooneil
In de NRC van 1 juni
bespreekt Hester Carvalho een aantal electropop cd’s. Zo goed als zij die cd’s
vindt, vind ik ze niet. Maar er zaten wel erg goede nummers tussen. Ik ben eens
gaan kijken op een lijstje van spotify zelf die ik ooit bewaard had en daar vond ik ook een paar juweeltjes tussen zitten. Zoals bijna altijd val
ik vooral voor de nummers waar een ik een mooie omfloerste vrouwenstem hoor.
De
enige vrouw die niet echt in het rijtje hoort is Florence (van + The Machine).
Die cd vind ik bij eerste (en waarschijnlijk laatste) beluistering tegenvallen. De vorige studioplaat vond ik erg mooi. Op die cd wist ze haar gevoel voor
drama nog binnen de perken te houden. Nu is het wel erg veel galm en loeiende
crescendo’s. Er staat wel 1 heel mooi nummer op. Live weet ze dat gevoel voor
drama ook mooi vorm te geven. Met haar handelsmerk smachtend wat rechts omhoog
kijken, versterkt dat helemaal. Daarom als extraatje een video van Water Gave
Me. Door dit ene nummer en de manier waarop ze het live brengt, is ze al een
favoriet geworden. Ook al brengt ze nooit meer een fatsoenlijke plaat uit.
Ibeyi – Oya
Sivu – Can’t
Stop Now
Glasser –
Tremel
Beacon – L1
Beacon –
Bring You Back
Banks –
Beggin For Thread
Elliot Moss –
Best Light
Marian Hill –
Lips
George
Fitzgerald – Full Circle
Florance +
The Machine – Long & Lost
Unknown
Mortal Orchestra – Can’t Keep Checking My Telephone
Applescal -
For Lovers
Jamie Xx -
Seesaw
Zo dit is weer eens wat
anders dan al die lijstjes met country en folkzangers. Daar heb ik trouwens ook
al wel een mooi lijstje over liggen. Misschien meer iets voor een slechte
zomerdag.
Tussen mijn 16e
en 18e was ik een groot bluesfan. Het aanbod blues was in de
bibliotheek van Zelhem vrij beperkt. Dus ik heb in die tijd ook weer niet heel
veel kunnen luisteren. Het waren vooral Chicago blues die ze hadden. En dan
vooral Chess: Muddy Waters, Howlin’ Wolf. Elmore James. Daarna werd mijn
belangstelling minder, maar dat wil niet zeggen dat ik niet meer naar blues
luisterde. Altijd was er zo af ent oer wel een bluesnummer. En sommige lp’s uit
die tijd koster ik nog steeds. Vooral A Hard Road van John Mayall. Ik daarom
wat bluesnummers die ik in de loop van de jaren veel luisterde eens bij elkaar
gezet. In een soort van chronologische volgorde. Het is een waardeloos
overzicht in termen van representativiteit. Maar daar ging het ook niet om.
Het zijn vooral klassiekers
die in dit lijstje staan. Als ik ooit nog eens een lijstje maak met nummers
over drank, dan komt het nummer van Memphis Slim er in ieder geval in. Verder
komt de stem op het nummer van Chicken Chack misschien bekend voor. De zangeres
is Christine perfect. Iedereen kent haar. Tegenwoordig draagt ze de naam van
haar ex-man McVie, of te wel Christine McVie van Fleetwood Mac. Zij is mijn favoriet van de later Fleetwood mac. Haar Songbird is het hoogtepunt van
Rumours.
LITTLE AXE
Memphis Slim - Beer Drinkin’ Woman
Sonny Boy Williamson – Help Me
Elmore James – It Hurts Me Too
Buddy Guy – Worried Mind
T-Bone Walker – Call It Stormy Monday
Freddie King – Going Down
Otis Rush - So Many Roads
Albert King - Personal Manager
Shuggy Otis - Sweet Thang
Johnny Taylor –I Got To Love Somebody’s Baby
Don Covay – Homemade Love
John Mayall – Broken Wings
Alex Korner – I Thought I Heard The Train Whistle Blow
In dit lijstje staan 2 nummers die ik minstens 20 keer gehoord heb de afgelopen weken. Stormbringer van John Martyn en een cover van een John Martyn (Run Honey Run) van Morchebaa. Het origineel van Run Honey Run is overigens lang niet zo goed als de cover. John Martyn valt wat mij betreft in dezelfde categorie als Willie Nelson. Het zijn niet alleen zijn liedjes maar vooral de manier waarop hij ze voordraagt. Ryley walker maakt een cd dit jaar. En die heeft ook sterke John Martyn invloeden. Een andere factor in dit lijstje is de film Frank. Bij het zien moest ik meteen denken aan Captain Beefheart. Die associatie staat overigens in iedere recensie. Ook de naam Syd Barrett valt. Ook dat is weer logisch. Tussen beide legendes staat een nummer uit de film Frank, gezongen door acteur Michael Fassbender. De echte Frank (Sideways) wilde me nog niet echt bekoren. Maar misschien later wel. De twee Franse bijdragen zijn afkomstig van een lijstje van Ernst Gonlag. Opzoeken die man: die heeft meer leuke lijstjes.
Captain Beefheart – Hot Head Michael Fassbender – I Love You All Syd Barrett – No Goof Trying John Martyn - Stormbringer Morchebaa - Run Honey Run Lavender Diamond – Like An Arrow Eleni Mandell - Put My Baby To Bed Ryley Walker – On The Banks Of Thomas Fersen – Monsieur George Brassens – Pauvre Martin Wille Nelson – Sad Songs And Waltzes
Meestal luister ik naar popliedjes van zijn minuut of 3. Maar zeker vroeger luisterde ik ook graag naar lange (psychedelische) stukken. En nog wat later bleek dansen op lange hypnotiserende stukken ook erg leuk. Zeker inde house was een deel van de lol toch ook dat je een hele avond in een zelfde soort sfeer bleef. Waarbij het wel de kunst was dat een dj er voor zorgde dat het niet al te saai werd.
Ik moest denken aan die repeterende muziek die ik vroeger luisterde, tijdens het lezen van het boek : Hoe muziek werkt van David Byrne. Daarin beschrijft hij ook hoe hij muziek wilde maken door grooves te creëren. Dat was in de popmuziek van de jaren 80 niet echt gewoon, maar gebeurde zeker in de periode daarvoor wel veel. En vanaf de komst van de house begon het ook weer wat normaler te worden om langere nummers te maken. Over dat boek van Byrne valt trouwens een heleboel te zeggen. Laat ik het er voorlopig maar even op houden dat het het eerste overtuigende (post) post moderne boek is over popmuziek is.
Hawkwind in 1973 met rechts naast elkaar Dave Brock en Lemmy
Dan iets over de muziek die je hier hoort. Voor de meeste mensen is dit niet om aan te horen. Maar ik hou er wel van. Zo af en toe. Het zijn voornamelijk nummers ik in de loop van de jaren ben gaan waarderen. Ik was zeer verrast dat er een nummer van Warrior on the edge of time van Hawkwind op Spotify staat. Die lp is moeilijk te vinden. Ik was al helemaal verrast door de kwaliteit van het nummer. Het was jaren geleden dat ik het had gehoord. Het voldeed helemaal aan wat ik wilde, lang, hypnotiserend en met voldoende muzikale afwisseling. Begin jaren 70 waren er genoeg hippiebands die zo lange nummers speelden. Maar ik kan me er niet echt veel interessante platen van herinneren. Tenzij je een drumsolo van 10 minuten, zoals In-A-Gadda-Da-Vida, leuk vind. Dus heb ik vooral gezocht naar andere inspiratiebronnen. En dan kom je al snel bij James Brown uit. Ik zag laatst een documentaire over hem. Daarin werd duidelijk dat James Brown onder meer de gitaarlickjes die normaal gespeeld werden zodat de zanger iets aan het publiek kon vertellen gewoon opnam in een studionummer. Dat had nog nooit iemand gedaan. Mooiste uitspraak in de docu is van Pee Wee Ellis: “He was a tiran”.
Wat het verbindende element van al deze nummers is, is het ritme. Het is vooral een ode aan een paar enorm goede drummers. Luister eens naar de geweldige drum-track van See baba Joe van The Wailing Souls. Dit is Style Scott op zijn best. In een lekker harde knallende productie van Junjo Lawes. Het is een 12” versie, waarin ze de dubversie achter de singleversie hebben geplakt.
Style Scott
Andere topdrummers die je hier hoort zijn John "Jabo" Starks (James Brown), Keith LeBlanc (Little Axe, maar ook Sugarhill Gang en Seal’s Killer), Simon King (Hawkwind, samen met bassist Lemmy Kilmister) en niet te vergeten Tony Allen, de drummer van Fela Kuti, waarvan het verhaal gaat dat Fela Kuti drie drummers nodig had als vervangers van hem in zijn band.
Marvin Gaye kwam deze week weer in het nieuws omdat Blurred Lines van Pharell wel erg bleek te lijken diens op Got To Give It Up. En laat dat nu juist een nummer zijn uit wat ik de beste tijd van Marvin Gaye vind. Vergeet Whats going on met zijn af en toe wat drakerige strijkarrangementen en suffige nummers als God is Love. Het is de meest overschatte lp van een artiest die niet te overschatten valt. Nee, dan zijn ode aan sex, intimiteit en de geneugten van het leven: I Want You. En de lp’s die hij daarna maakte zijn minstens even goed. Daarom een selectie uit wat ik de mooiste nummers uit die tijd vin. Met als uitsmijter een bijna 12 minuten durende versie van Got To Give It Up.
1.Got To Give It Up 2.After The Dance (Instrumental) 3.Feel My Love Inside 4.After The Dance (Vocal) 5.You’re The Man 6.Life’s A Game Of Give And Take 7.Ego Tripping Out 8.Heavy Love Affair 9.You Can Leave, But It’s Going To Cost You 10.When Did You Stop Loving Me, When Did I Stop Living You (Instrumental) 11.Got To Give It Up
Vanmiddag kwam een nummer
van de altijd vrolijke Merle Haggard in mijn hoofd opzetten (My Friends are
Gonna be) strangers. Dus dat werd het begin. En zo komt er via Merle Haggard
toch een deel van mijn vorige, ongepubliceerde, lijstje alsnog aan bod. Het
tweede nummer is een akelige versie van Buddy Holly's Learning the game. Van
een cd waarop Lemmy eens niet heel hard en ruw bonkt, maar een poging doet om
zijn muzikale helden te eren. En zoals de sound van Motörhead al doet vermoeden
is dat vooral Buddy Holly. Aan het eind heb ik het origineel gezet. En dan als
een soort hidden track een nummer van een andere gestoorde rocker met een grote
liefde voor Buddy Holly: Roky Erickson.
En daar tussendoor meer
country en folk. En nog een nieuw nummer van Bryan Ferry. Van een cd van Chris
Spedding. Hier hoor je trouwens hoe je met een versleten stem nog prima een
mooi nummer kan zingen. Spedding speelde jaren geleden de sterren van de hemel
als gitarist bij een concert van Roxy Music in de HMH. Hij was nooit officieel
lid, maar speelde wel mee op tournee. Ooit leerde hij de Sex Pistols gitaar
spelen. Spedding speelt trouwens op heel veel goede lp’s mee. Ook bij hem hoor
je Buddy Holly terug.
Een plaat die de afgelopen
weken in verschillende bladen, blogs en kranten erg werd opgehemeld is Indian
Ocean van Frazey Ford. Vooral omdat de plaat is opgenomen in de Hi Studio van
wijlen Willie Mitchell (Al Green Ann Peebles). Met ook een groot aantal van de
muzikanten die met Mitchell speelden. Ik ben echter nooit zo’n van de Hi Sound
geweest en ben dat nog steeds niet. Het klinkt nogal zompig. Oordeel zelf.
Het nummer letter in my hand
vind ik zo mooi dat ik het er nog maar een keer op de lijst zet. De rest van de
cd is overigens ook erg goed. Dus waarschijnlijk daarvan later meer.
Merle Haggard - (My Friends are Gonna be) strangers
Ik had
vanmiddag mijn lijstje vol verantwoorde singer songwriters etc. al weer bijna
klaar. Maar ik had wel eens zin in wat anders. Dus werd het een lijstje met
muziek waar ik, gek genoeg, weinig verstand van heb: disco uit de jaren 80. Een
aantal van deze nummers draaide ik vroeger ook wel in Diogenes. Maar het is
toch allemaal wat weggezakt. Hoog tijd om het weer wat op te halen. Veel
synthesizers en Linn drums. Lekker lange nummers. Enjoy!
Ik ben al
bezig met het maken van lijstje 35. Dus wordt het hoog tijd om lijstje 33 eens
te publiceren. Ik heb zoals gewoonlijk van een aantal nummers geen idee meer
hoe ik er aan gekomen ben. Ik kijk nog eens naar de lijst en realiseer me nu pas
dat van de 13 nummers er 11 door een vrouw gezongen worden. Van deze groep
onbekende zangeressen, is Joss Stone de enige bekende. Maar is Viv Albertine is
de messt invloedrijke. In 1979 bracht The Slits de lp Cut uit. Waarschijnlijk
de eerste punk plaat van een all girl band. Hoewel punk? Viv Albertine begon
als punker. Vrouwelijke punkers waren in die tijd (1976) hun leven niet zeker.
Als ze naar haar ouderlijk huis ging begeleide haar moeder haar met keukenmes
in haar broekzak om haar te beschermen, vertelt ze in The
Telegraph.
Cut was geproduceerd door Dennis Bovell, die ook de eerste lp
van The Popgroup produceerde. Het is dus geen wilde punk a la Sex Pistols, maar
een plaat vmet vooral veel reggae invloeden. Maar waarschijnlijk juist omdat ze hun instrumenten maar zeer
kort beheersten (zo’n 2 jaar) zijn ze wel in staat om een plaat te maken die wel
reggae is, maar zich niets aantrekt van de regels van de reggae. Ik moet zeggen
dat als ik deze plaat nu zou beluisteren zou hij waarschijnlijk niet eens op
mijn lijstje favorieten komen. Maar destijds was het een plaat die een
behoorlijke impact had. Niet zozeer op mij. Op mij had alleen de hoes impact.
Ik vond ook
het origineel van Morning Dew. Ik dacht dat het origineel van Tim Rose is. Maar
dat blijkt dus niet zo te zijn, het is van Bonnie Dobson. De eerste versie ik vond was een re-recording uit 2009. Het is misschien nogal middle of the road, maar et nummer en haar stem vind ik toch wel erg mooi, En tussen al die
buitenlandse vrouwen vond ik ook een Nederlandse vrouw die daar goed in past:
Solex. Af en toe geven we Nederlandse artiesten ook te weinig credits. Elisabeth
Esselink (= Solex) maakt al vanaf 1998 eigenzinnige platen, waarbij ze
bestaande platen gebruikte om er een heel eigen geluid van te maken. Dit nummer
is van een project waarbij ze van alle Nederlandse provincies muziek verzamelende
en dat bewerkte tot een eigen interpretatie. In dit geval is dit haar visie of
bewerking, of interpretatie van Drenthe.
Ik vond nog een lijstje met
wereldmuziek van bijna 2 jaar oud. De lijst van februari 2013. Het is een hele
lange lijst (5 uur muziek) met willekeurig bij elkaar gezette nummers die in
het hokje wereldmuziek pasten. Maar er staat wel erg veel moois tussen. Ik
moest pijnlijke keuzes maken. De lijst bevat wel veel voor mij bekende artiesten,
zoa
ls Bootsy Collins, Radio Tarifa (die cd heb ik zelfs nog), Beirut, Devochka,
Buika, L Peuple de L’Herbe. Er zijn twee artiesten die er voor mij uitspringen.
Dat zijn dus de mensen waar ik nog niet van gehoord had. Een paar jaar geleden
heb ik een cd gekocht met Bossanova. Deze Jorge Ben Jor kende ik niet. Prachtig
dus. En de Amerikaanse Mia Doi Tod. Zij maakte dit jaar een plaat met covers
van Bossanova nummers. Het is een zangeres die vooral platen heeft gemaakt met
een jazz / World geluid. Wat uiteraard erg vaag is. Maar ik ken die platen
niet. Ik heb alleen even snel haar allmusic profiel gelezen. Ik ga meer van
haar laten horen. Dat weet ik zeker.
Er staat een nummer op van 14
minuten. Ik heb een paar keer op het punt gestaan het er af te gooien.
Mia Doi Tod
Maar Jah
Wobble is weer zo’n man waar ik veel sympathie voor heb. En waarom dan? Omdat
hij in de eerste versie van PIL met Johnny ‘Rotten’ Lydon speelde en vooral
omdat hij al heel vroeg is begonnen met het maken van World Music. Engelsen
zijn er erg goed in. Allerlei rare combinaties die vooral door een goed gevoel
voor humor prima bij elkaar passen. Hij komt met allerlei verrassende combinaties. En hij houdt van reggae, hundi en Arabische muziek. Ik ook.
Omdat het al een wat ouder lijstje
is, is veel muziek ook ouder. Het is trouwens wel grappig om te zien dat mijn
muziekcollectie zich al het ware achterwaarts vult. Zeker uit de periode rond
2005 – 2010 kom ik steeds meer cd’s tegen. Misschien dat ik beter mijn
eindlijstje 2008 dit jaar kan uitbrengen.
Jah Wobble
Holden - Madrid Howe Gelb – Notoriety Afrocubism – Mariama Bootsy Collins – Siente Bombo L Peuple De L’herbe – Heart & Soul Buika – La Falsa Moneda Jorge Ben Jor – Mar Que Nada Devochka – Curse Your Little Heart Beirut – Cliquot Radio Tarifa – La Tarata Mia Doi Tod – Canto De Lemanja Jah Wobble- Om Namah Shiva Loop Guru – Olwana Jagwar Ma – Man I Need Bomay Dub Orchestra - Mumtaz